14 • Startpunten 2023 Het Nederlandse pensioenstelsel gaat de komende jaren op de schop. Dat houdt in dat alle bestaande pensioenregelingen die u en uw werknemers zijn aangegaan uiterlijk 1 januari 2027 moeten voldoen aan de nieuwe regels. Deze nieuwe regels moeten op 1 juli 2023 ingaan. Hoewel de Eerste Kamer nog niet heeft ingestemd met deze nieuwe Wet toekomst pensioenen, willen we u toch alvast op de hoogte brengen van enkele ingrijpende wijzigingen die eraan zitten te komen. Beschikbare premieregeling Een beschikbare premieregeling met een gelijke/vaste premie voor alle werknemers wordt de nieuwe standaard. Heeft u nu geen beschikbare premieregeling, dan zult u dus uw huidige regeling moeten omzetten. Heeft u al wel een beschikbare premieregeling, dan moet u die regeling mogelijk aanpassen. De beschikbare premieregeling kent twee varianten: een solidaire en een flexibele. U en uw werknemers zullen een keuze moeten maken voor een van beide varianten. Bij een solidaire regeling wordt een ‘pensioendoelstelling’ vastgesteld aan de hand van één collectief vastgestelde (leeftijdsonafhankelijke) beleggingsmix voor alle deelnemers. Aan de hand van projecties berekent de pensioenuitvoerder periodiek de bijbehorende premie. Op de pensioendatum bedingt de deelnemer vervolgens de jaarlijkse uitkering. In een flexibele regeling wordt de ingelegde premie persoonlijk belegd en moet uw werknemer op de pensioendatum zijn uitkering bedingen. Die uitkering is in de solidaire regeling altijd variabel. In de flexibele regeling mag bij een pensioenverzekeraar de uitkering ook vast zijn. De mogelijkheid om te kiezen is echter beperkter dan deze op het eerste gezicht lijkt. Valt uw onderneming verplicht onder de pensioenregeling van een bedrijfstakpensioenfonds (BpF), dan moet u zich namelijk voegen naar wat er op centraal niveau wordt besloten over het nieuwe pensioencontract. De meeste BpF’en hebben overigens een voorkeur voor het solidaire contract. Ondernemingen die hun pensioenregeling laten uitvoeren door een verzekeraar kiezen voor het merendeel voor de flexibele variant. Bereid u voor op het nieuwe pensioenstelsel Transitieplan U en uw werknemers moeten overleggen over de aan- passing van de huidige pensioenregeling. Het resultaat van dit overleg is het transitieplan. Daarin staat ten eerste een omschrijving van de nieuwe pensioenregeling. Ten tweede staat in het transitieplan de keuze voor het al dan niet gebruikmaken van overgangsrecht dan wel de benodigde compensatieregeling als ook bestaande deelnemers overgaan naar de nieuwe regeling. En ten derde moet er voor werknemers een persoonlijk overzicht worden opgesteld dat inzicht geeft in het pensioen vóór en nà de overstap. U moet uw keuzes ook onderbouwen. Uiteindelijk zult u de nieuwe regeling uiterlijk 1 januari 2027 moeten invoeren. Dit lijkt ver weg, maar er is heel veel werk aan de winkel om de nieuwe pensioenafspraken tijdig klaar te hebben in samenspraak met pensioenuitvoerder en alle betrokkenen. Dus begin op tijd! Bent u van plan om werknemers vervroegd met pensioen te laten gaan, maak dan gebruik van een tijdelijke (tot en met 2025) verzachting van de strafheffing van 52% door de invoering van een drempelvrijstelling van maximaal € 2.037 per maand (in 2022: € 1.874). Alleen als u per maand meer uitbetaalt, moet u over het meerdere de strafheffing van Beperk strafheffing bij vervroegd pensioen 52% betalen. De strafheffing bij vervroegd pensioen komt bovenop de loonbelasting en premies die u moet inhouden en afdragen. De hoogte van de uitkering is gekoppeld aan de AOW-uitkering van de werknemer en omvat maximaal een periode van 36 maanden eindigend bij de AOW-leeftijd van de werknemer. Maximum transitievergoeding verhoogd Het wettelijk maximum voor de transitievergoeding wordt jaarlijks bijgesteld. Het maximum is voor 2023 verhoogd naar bruto € 89.000 (in 2022: € 86.000) of één bruto jaarsalaris als dat hoger is. AOW-leeftijd omhoog In 2023 is de AOW-leeftijd 66 jaar en tien maanden geworden. Dat is drie maanden later dan in 2022. In 2024 tot en met 2027 is de AOW-leeftijd 67 jaar. In 2028 wordt de AOW-leeftijd verder verhoogd naar 67 jaar en drie maanden. De AOW-leeftijd is gekoppeld aan de levensverwachting, waarbij de AOW-leeftijd minder snel stijgt doordat 1 jaar hogere levensverwachting leidt tot 8 maanden hogere AOW-leeftijd. De AOW-leeftijd wordt vijf jaar voor de ingangsdatum bekendgemaakt.
RkJQdWJsaXNoZXIy NTgwNDc=